Nederlandse maritieme maakbedrijven en kennisinstituten zijn direct verzekerd van werk en het verkrijgen van (technologische) kennis bij zowel de productie als het onderhoud van de 4 nieuwe onderzeeboten voor de Koninklijke Marine. In de verplichte industriële samenwerkingsovereenkomst (ICA) tussen de Nederlandse overheid en de werf Naval Group is de financiële waarde die in Nederland tijdens de productiefase terecht komt al bijna € 1 miljard. Minister Dirk Beljaarts (Economische Zaken) en Pierre Éric Pommellet (bestuursvoorzitter Naval Group) hebben de ICA in Den Haag ondertekend.
De financiële waarde in de ICA bestaat voor ongeveer 95% uit orders die door Naval Group worden geplaatst bij verschillende Nederlandse bedrijven. In de industriële overeenkomst voor de onderzeeboten zelf staan 10 Nederlandse bedrijven. De contractonderhandelingen met deze partijen gaan binnenkort van start. Het gaat om Royal IHC (module- en staalbouw), RH Marine (platformautomatisering en energiemanagement), Bolidt (akoestische bekleding), Van Halteren Technologies (hydraulische systemen), Optics 11 (detectie), Solico (composietstructuren), Combimac (akoestische signatuur), Hatenboer (watervoorziening), Heinen & Hopman (klimaatinstallaties) en Verebus (technische ondersteuning).
De Nederlandse kennisinstituten MARIN en TNO zijn eveneens via de ICA betrokken bij de bouw van de nieuwe onderzeeboten, zodat overdracht van kennis en technologie náár Nederland tot stand komt. De ICA wordt evenredig opgehoogd voor de toekomstige onderhoudsactiviteiten die door Defensie bij Naval Group worden belegd. Hierdoor neemt het financiële volume van de ICA in de toekomst toe tot ruim meer dan € 1 miljard.
Naast de inschakeling van de Nederlandse industrie voor de onderzeeboten gaat Naval Group via de industriële samenwerkingsovereenkomst ook orders plaatsen bij Nederlandse bedrijven voor subsystemen en componenten voor oppervlakteschepen die de werf voor verschillende klanten bouwt. Het gaat hier om een brede groep bedrijven uit de maritieme defensiesector zoals Thales Nederland, DBR, MAFO, Kwant Controls, Rubber Design en Holland Marine Lifts. Nederlandse bedrijven zijn nu al de op 1 na grootste internationale toeleveranciersgroep van Naval Group.
Minister Dirk Beljaarts (Economische Zaken):
Als kabinet moeten we het maximale doen om het Nederlandse bedrijfsleven van klein tot groot te laten floreren. Deze industriële overeenkomst is daar een goed voorbeeld van. Onze eigen maritieme maakindustrie, hun toeleveranciers en kennisinstituten kunnen immers uitstekende oppervlakteschepen bouwen. Helaas beschikken we echter al ruim een kwart eeuw niet meer over een Nederlandse marinewerf die zelfstandig onderzeeboten ontwerpt en bouwt. Dus moeten we zorgen dat een zo breed mogelijke groep van Nederlandse grote bedrijven, mkb’ers, innovatieve startups en kennisinstituten kan meedoen aan deze order voor een significant bedrag. Dat is gelukt. Zo bouwen we zelf hier weer capaciteiten op in het technologische onderzeebootdomein. En ik ga samen met de bedrijven erbovenop blijven zitten dat de contractuele afspraken van a tot z worden uitgevoerd.
Bredere impuls
Nederlandse defensie-industrie Op verschillende manieren wordt er de komende jaren extra geïnvesteerd in de Nederlandse defensie- en veiligheidsindustrie. Zo hebben kabinet en de maritieme maakindustrie een gezamenlijke sectoragenda met maatregelen voor behoud van onze droge voeten, versnelling van de energietransitie en het borgen van economische- en militaire veiligheid. Overheid en sector hebben afgesproken om direct met actief industriebeleid aan de slag te gaan. In 2024 en 2025 investeren ze daarom samen € 60 miljoen in innovatieve scheepsbouw. Vanuit de deze maand gepubliceerde Defensienota komt er voor Nederlandse defensie- en veiligheidsbedrijven de komende jaren € 1,1 miljard extra beschikbaar. Bijvoorbeeld door een ophoging van het SecFund voor startups en innovatieve mkb(-toeleveranciers). Ook is er meer financiering om andere veelbelovende technologiebedrijven te steunen, die zowel binnen defensie als civiel actief zijn. Met het Wetsvoorstel Weerbaarheid Defensie- en Veiligheidsgerelateerde Industrie zorgt het ministerie van Economische Zaken voor het verder kunnen opschalen van de Nederlandse industrie, het beperken van ongewenste inmenging daarin door investeringen, fusies en overnames te toetsen op risico’s voor de nationale veiligheid en het verbeteren van de internationale uitgangspositie van deze bedrijven.